Honden hebben net als vele andere dieren en de mens aanvankelijk een melkgebit wat in de loop van het eerste levensjaar plaats maakt voor het permanente gebit. Rond de zevende levensmaand is het gehele gebit gewisseld; als laatste wisselen de hoektanden van boven- en onderkaak. Dit wisselen gaat niet altijd goed. Er kunnen dan zowel melk- als permanente tanden aanwezig zijn en dat is om meerdere redenen niet goed voor de normale ontwikkeling van het permanente gebit. Het zijn vaak de hoektanden die niet goed wisselen en omdat de permanente hoektand alle ruimte nodig heeft om goed uit te groeien is het nodig om de melkhoektand te verwijderen wanneer de permanente hoektand doorkomt.
Zie hier voor meer informatie omtrent gebit en gebitsproblemen...
Het verwijderen van dubbele hoetkanden bij de hond:
Zowel links- als rechtsboven zijn duidelijk de melkhoektanden (lang en dun)
zichtbaar achter de doorkomende permanente hoektanden
Met de hevel wordt er spanning gebracht op de melkhoektand.
Door deze spanning zal de tand losraken uit de wortelholte
De verbinding tussen tand en wortelholte is verbroken
en de tand komt los te zitten
De melkhoektand kan nu verwijderd worden
De melkhoektand is verwijderd. De permanente hoektand
heeft nu alle ruimte om normaal uit te groeien.